Kirill I

Kirill I, oorspronkelijke naam Vladimir Michailovitsj Gundjajev, (geboren 20 november 1946, Leningrad , Rusland), Russisch-orthodox patriarch van Moskou en geheel Rusland sinds 2009.

Gundjajev nam de kloosternaam Kirill aan in 1969, toen hij nog seminarist was. Hij studeerde in 1970 af aan de Theologische Academie van Leningrad, waar hij een jaar lang lector dogmatische theologie was. In 1971 werd Kirill benoemd tot vertegenwoordiger van de Russisch-Orthodoxe Kerk bij de Wereldraad van Kerken in Genève. In 1974 keerde hij terug naar Rusland, waar hij rector werd van de Theologische Academie van Leningrad, een ambt dat hij bekleedde tot 1984. In 1988 werd hij aartsbisschop van Smolensk en Kaliningrad en in 1991 werd hij tot metropoliet van die provincie verheven. In januari 2009 werd hij tot patriarch verkozen.

Kirill was het eerste hoofd van de Russisch-orthodoxe Kerk dat na de val van de Sovjet-Unie werd verkozen. Hij erfde van zijn voorganger, Aleksej II (regeerde 1990-2008), een kerk die een revitalisering en enorme groei had doorgemaakt na het einde van het officiële staatsatheïsme in Rusland. Kirill deelde met Aleksej de uitgesproken overtuiging dat de kerk een dynamische rol in het Russische leven moet spelen. Hij was een populaire figuur die meer dan tien jaar lang zijn eigen wekelijkse televisieshow over religieuze onderwerpen presenteerde, en hij genoot ook de reputatie een modernisator te zijn. Toen hij het partriarchaat aanvaardde, uitte hij zijn reeds lang bestaande wens voor meer dialoog om een einde te maken aan de millennium-oude breuk van de kerk met de Rooms-Katholieke Kerk. In februari 2016 hielden hij en paus Franciscus I de allereerste ontmoeting tussen de leiders van de Russisch-orthodoxe en rooms-katholieke kerken.